Agenda
Zien:
Expositie Hessel Bosch
14 t/m 16 juni 2024
Vrijdag 14 juni van 16:00-20:00 uur. Zaterdag en zondag van 12:00-17:00 uur.
Fotograaf Hessel Bosch
De camera van Hessel Bosch (Enschede, 1946) is als een derde oog. Bijna onafscheidelijk zijn ze, overal gaat de camera mee naartoe. Hij neemt zijn camera nog net niet mee naar bed, maar zelfs dan is Hessel nog altijd bezig met een
volgende foto. Gewapend met een kladblok op zijn nachtkastje schieten de ideeën uit zijn pen om vervolgens te worden gevisualiseerd.
Zijn toekomst leek al te zijn bepaald. Met een vader werkzaam in de drukkerij, zou het een logische stap zijn om in zijn voetsporen te treden. Maar het lot bepaalde
anders. Hessel leerde in 1969 fotograaf Herman Mulstege kennen en werd gegrepen door de magie van de fotografie. Wat begon met het aanbod om de kinderen van een
oud-collega te portretteren, groeide vervolgens uit tot een grootse ambitie om alles vast te leggen wat op zijn pad kwam.
Samen met andere fotografen zette hij verschillende fotozaken op. Totdat hij in 1995 het licht zag en besloot alleen verder te gaan. Hij kocht een kerk waar hij en zijn
gezin gingen wonen en bouwde daar een studio. De enige regel die Hessel vanaf toen hanteerde was dat er geen regels zijn. Hij onderscheidde zich van andere fotografen en doorbrak de standaarden.
Hoewel Hessel zichzelf nog steeds als allround fotograaf definieert ligt zijn grootste passie in het maken van portretten én urban-fotografie. Hij reist heel de wereld over,
opzoek naar verlaten en verborgen schatten. In Nederland zijn deze schatten nauwelijks te vinden, want leegstaande panden worden zo snel mogelijk voor een ander doel ingezet of opgeruimd. Maar in landen als Frankrijk, Duitsland, België en Italië kan Hessel zijn hart volop ophalen. Van een verlaten fabriek tot een gekkenhuis, na zorgvuldig vooronderzoek legt hij deze bijzondere plekken vast.
Hessel ziet op deze verlaten locaties vol geschiedenis schoonheid in dingen die een ander nauwelijks opvalt. Geen detail wat hem ontgaat en geen nuance die aan hem
ontsnapt. Zijn liefde voor het industriële, culturele en architectonische erfgoed geeft het verleden een nieuwe dimensie: rauw, ruig, puur en naakt. Het is belangrijk dat de
plek van tevoren niet verstoord is door andere urban-fotografen, dus alle voorbereidingen gebeuren in het geheim.
Op zijn reizen laat hij zich niet alleen leiden door zijn kompas, maar ook door een citaat van zijn held Niel Young. Het werd Hessels levensmoto:
Rock and roll is here to stay
It’s better to burn out than to fade away
As long as we can sail away
There’ll be wind in the canyon
Moon on the rise as long
As we can sail away
Vaak is urban-fotografie is overigens niet geheel zonder gevaar. Hessel heeft regelmatig rekening te houden met de tand des tijds. Door het verval van de
gebouwen zitten er gaten in de vloeren en is er soms zelfs sprake van instortingsgevaar. Maar dat is niet het enige risico waar Hessel mee te maken krijgt. Hij ontwijkt beveiligingscamera’s, klimt over hekken en kruipt door kapotte ramen om toegang te krijgen tot panden waar hij eigenlijk niet mag komen. Er is altijd de mogelijkheid dat hij betrapt wordt. Het gebeurde hem gelukkig maar twee keer. De laatste keer was in België, waar hij te maken kreeg met 5 agenten van de gendarmerie die de pistolen al hadden getrokken. Het werd in eerste instantie
absoluut niet gewaardeerd dat Hessel daar was, maar er ontstond een gesprek en hij kwam weg met een waarschuwing.
Ook bij zijn portretfotografie komen risico’s kijken, maar dan is het gevaar voor de mensen die hij op straat tegenkomt. Het kan zomaar zijn dat Hessel je in het voorbijgaan bijna van je fiets aftrekt omdat hij je graag zou willen fotograferen. In een
flits ziet hij iets bijzonders, iets eigens wat hem raakt.
Hessel houdt van de tekenen van het leven op het lichaam en in het gezicht; een blik in de ogen, rimpels, tatoeages en littekens. Net als in zijn urban-fotografie legt
Hessel zijn onderwerp het liefste zo puur en onverstoord mogelijk vast. De dingen in het leven hoeven niet perfect te zijn, Hessel houdt juist van de barstjes. Dikke lagen
make-up hebben dan ook zeker niet zijn voorkeur. In zijn ogen wordt de schoonheid dan juist verdoezeld. Zijn portretfoto’s zijn om diezelfde reden vaak in zwart-wit.
Rode lippenstift kan prachtig zijn, maar vaker leidt het af waar het echt om gaat: het verhaal in iemands gezicht.
Het maken van een portret omschrijft Hessel als een spel tussen de fotograaf en de geportretteerde. Hij speurt naar de juiste sfeer, achtergrond, hoek en lichtinval terwijl
hij er tegelijkertijd voor zorgt dat de geportretteerde vergeet dat de camera op hem of haar gericht is. Hessel heeft van nature de gave op mensen op hun gemak te stellen.
Eerst wordt er even gepraat, de telefoon gaat uit en de muziek gaat aan. De eerste foto’s zijn vaak wat ongemakkelijk en stijf, maar daarna gaat de rem eraf. En wat maakt zijn werk nou zo herkenbaar? Hessel weet in al zijn foto’s de kleine
details te vangen. Het maakt niet uit of het een portret of een urban-foto is, met zijn scherpe oog en zijn creatieve geest legt hij dat vast wat ertoe doet. De foto dient het
onderwerp. Het standpunt, perspectief en de uitsnede worden bepaald door wat hij voor zijn lens ziet. Hessel heeft terecht met zijn fotografie verschillende prijzen gewonnen en nu is daar een boek. ‘Hessel’ biedt een overzicht van het eigenzinnige werk van fotograaf Hessel Bosch.